Altijd zijn we zuinig met energie en doen we de gordijnen ’s avonds dicht. Maar nu niet. Nu zitten we de hele avond naar de besneeuwde tuin te kijken. We hebben de stoelen omgedraaid en krijgen er urenlang geen genoeg van. We gaan daar zitten als het schemerig wordt, eten met bord op schoot en blijven dan een paar uur zitten. We zien het langzaam donker worden en als het licht dan helemaal weg is, is het nog steeds mooi.
Om het zo mooi te houden, mogen we van onszelf niet van de achterdeur naar de schuur lopen. Aan de voorkant van het huis hebben we netjes een pad geveegd voor de postbode. Maar aan de achterkant willen we geen pad. We willen dat het nog helemaal wit blijft. Gewoon omdat het zo mooi is. En zo uniek, zo’n dikke laag sneeuw.
Voor het begon te sneeuwen hebben we nog iets opgehangen voor de vogeltjes. Fijn voor hun, en fijn voor ons om te kijken. Alleen maar kijken.
Van drie schellekoordjes (drie is een verzameling toch?) maakte ik een foto staande op de drempel van de achterdeur. Nog even geen voetstappen hier. Nog even zo laten!
En als we dan gaan slapen, dan doen we de gordijnen toch maar dicht.