Als eieren zo groot hangen daar de pruimen. Zò begeerlijk! O, wat wil Jantje ze graag plukken, maar hij weet dat zijn vader dat verbood. Hij komt in de verleiding, overweegt dat niemand hem ziet. En aan een boom ‘zo vol geladen, mist men vijf zes pruimen niet.’ Toon Hermans gaf het gedicht een vermakelijke draai. Hij zei dat Jantje ze helemaal niet zag hangen. Hij stond naast hem, zei Toon, en hìj zag ze wel, maar Jantje niet. Bij het gedeelte over de overwegingen om er toch een paar te plukken, declameerde hij: “Een mens moet weten hoe ver hij gaan kan hè?”
Maar dat het jochie ze niet zag hangen, en Toon wel, dat klopt dus niet met hoe Hieronymus van Alphen het beroemde gedicht had geschreven. Het was een leerdicht, met moralistisch onderwijs. Als je vader iets verbiedt, dan doe je dat ook niet. En als je tòch heel veel trek hebt in die pruimen, dan ga je dat gewoon tegen je vader zeggen. En dan blijkt de beloning groot te zijn: de vader gunde zijn kleine hartedief een hoed vol pruimen! Hij schudt aan de boom en alles wat hem ten deel valt mag hij hebben!
De invloed van het gedicht was in vroeger tijden zeer groot. Het werd ook op muziek gezet door Christian Ernst Graf, en dat is ook interessant om eens te beluisteren. Dat is weer eens wat anders dan het beroemde kinderliedje.
En er werden natuurlijk talloze afbeeldingen van gemaakt, en die werden dan later weer in patroon gezet, o.a. door Mies Bloch. Ik kwam dit schilderijtje pas tegen, en mijmerde over die pruimen-als-eieren.
De verleidingen ‘om te plukken waar er niet geplukt mag worden’ zijn in onze tijd hemelhoog gestegen. Een grapje van Toon dat “een mens moet weten hoe ver hij gaan kan hè?” helpt niet meer. Maar diep van binnen weten we nog wel dat het roven van wat je niet toekomt, niet gaat werken. Niet op de lange termijn. Dat is troost.
1 gedachte over “Pruimen als eieren”
“Schoon zijn vader ’t hem verbood” vind ik zelf één van de mooiste regels. Vroeger kende ik het gedicht uit mijn hoofd.