Aan het eind van de 19e eeuw werden opmerkelijke tapisserie-lappen geborduurd. Ze zijn heel anders dan de merklappen die we inmiddels goed kennen en die ter inspiratie dienen om randjes en vakjes en alfabetten van na te borduren. Deze tapisserie-lappen werden gemaakt met wol en er werd geborduurd op een ondergrond van stramien. Na ruim honderd jaar zijn de kleuren vaak nog helder en de motieven spreken tot de verbeelding. Je krijgt vanzelf zin om ook een paar van die motieven na te borduren. Degenen die lid zijn van de vereniging Merkwaardig ontvingen een paar dagen geleden het nieuwe verenigings-tijdschrift en daarin staat een afbeelding van een lap die momenteel te zien is in de tentoonstelling Voor de draad ermee! (in Gorcum). Om de borduursters van de vereniging te stimuleren om ook eens zoiets te borduren wordt van verschillende vakjes het patroontje gegeven. Nog veel meer patronen zijn te vinden in het boek De Nieuwe Wereld van de Naaldkunst. Een heel leuk boek wat de vele verschillende steken heel mooi uitlegt.
De meest gebruikte steken die meer dan honderd jaar geleden werden geborduurd op zulke lappen zijn (naast de bekende kruissteek): bargello, rijgsteek, platsteek, flanelsteek, koninginnesteek.