Op deze parasols uit ongeveer 1860 schittert de zwarte Chantilly kloskant. Met zo’n parasol kon een dame zich onderscheiden van de velen die zoiets nooit zouden kunnen betalen en ook geen tijd hadden om ermee te paraderen. En op zo’n parasol komt de kant prachtig uit. Toen de tijd voorbij was om hiermee te shinen en showen, werden de overgebleven parasols opgenomen in kantcollecties en het zijn nu soms geliefde objecten om te laten zien in tentoonstellingen. De kaart links is gedrukt ter gelegenheid van een internationale ‘Spitzensammlung’ en de kaart rechts is een uitgave van het Rijksmuseum in Amsterdam.
Mijn dochter stuurde een foto vanaf een groot popfestival en roemde haar handige parasolletje die ze heel makkelijk in het gras kon steken. Ze genoot van de sfeer en de muziek en ik denk dat ze haar goedkope parasolletje niet graag had willen ruilen met zo’n kanten geval, waarbij je hele outfit moet kloppen en je weinig bewegingsvrijheid hebt. Wàt een contrast met honderdvijftig jaar geleden. Nu zijn die kaarten nog mooi als herinnering aan vroegere elite, maar kiezen we liever voor wat praktische massaproduktie als we de zon te fel vinden.