Een gravin en een koningin werden geportretteerd in zeer kostbare kleding. Zo schitterden ze in volle glorie en straalden ze macht en rijkdom uit. Zulke portretten waren heel belangrijk in de tijd dat hoge adel regeerde over land, inwoners en bezittingen.
Wie het breed heeft laat het breed hangen. Zoveel kostbare kleding drukt weelde en welvaart uit. Op deze kaarten, die van schilderijen zijn gemaakt, komt de witte kant goed uit tegen de achtergrond van de donkere stof van de kleding.
Schilders van de vroegere portretten waren zeer secuur in het weergeven van kant en borduurwerk. Zozeer zelfs dat een speciale borduurtechniek is genoemd naar één van die schilders, Holbein, die Jane Seymour weergaf in haar mooie kleding. Het borduurwerk aan de mouwen was zò gemaakt dat de voor- en achterkant precies hetzelfde was, zodat bij het openvallen van de mouw geen minder mooie achterkant met afwerkingen was te zien.
Vrouwen werden geportretteerd met alleen hun gezicht en rijk gedecoreerde bovenlichaam.
Of ook werden ze geschilderd poserend in een zeer luxe en schitterende entourage.
Er was nog geen social media, maar de behoefte om eens wat anders dan anderen vereeuwigd te worden, was er al wèl! Of het kan natuurlijk ook de invalshoek van de schilder zijn geweest: “Wil jij een een vogeltje op je hand nemen, of met het hondje spelen?” Hoe dan ook: het leverde speelse en levendige portretten op, waarop de schitterende kleding van deze jonge vrouwen, meisjes eigenlijk nog, zeer fraai uitkomt.
Tenslotte nog twee adellijke dames, met hun spitskragen, rijk geborduurde kleding, en kettingen van kostbare kralen. Wat een schittering om de hoge positie van deze vrouwen goed te laten uitkomen.