Tip voor naaisters

Het leuke kleine boekje met ‘Tips voor quilters’, wat ik gister liet zien, werd besteld. Ik las die tip nog even door: Gebruik je quilts zoveel mogelijk! Daarna dacht ik nog even over na over welke tips ik zelf zou geven aan quilters. Of eigenlijk: aan naaisters. Welke tip zou ik zelf gehad willen hebben, in de tijd dat ik volop kleren voor m’n kinderen naaide? Ik bewaarde altijd de restjes van de stoffen die ik had gebruikt, en toen de kids op de middelbare school zaten, brak voor mij de tijd aan om volop te spelen met al die resten. Ik had er plezier in om picknickkleden te maken, en knipte van al die resten vierkanten van zeven inch. De picknickkleden gaf ik weg, zodat er ook telkens weer uitdaging bleef om er nòg meer te maken, want ik vond het gewoon heel leuk om al die vierkanten aan elkaar te naaien.

Maar het was ook fijn geweest als ik al eerder die gedachte had gehad, om van elk lapje stof een paar vierkanten te bewaren. Die tip zou ik tien jaar eerder wel gehad willen hebben. Of nòg eerder, toen ik de gelegenheid had om van mijn moeders’ restjes een paar vierkanten te bewaren. Want jùist de lapjes met herinneringen aan kleren van vroeger doen het zo leuk in zo’n bont picknickkleed. “O, ja, daar had ik vroeger een jurkje van!”