De namen “Kantbreien” en “Kunstbreien” worden beiden gebruikt voor de techniek om via het ‘gaatjes breien’ kantachtige effecten te bereiken. Zelf gebruik ik (in navolging van deze boeken) het liefst de benaming Kunstbreien. Het houdt in dat je met behulp van omslagen en verschillende soorten minderingen in vooraf bepaalde volgorde gaatjes breit. Liefst met dun garen, zodat een extra fijn effect wordt bereikt.
De tentoonstelling Breien! in Leeuwarden besteedt ook ruim aandacht aan deze bijzondere volkskunst. Een tijdlang is er in Friesland gedacht dat de ‘oude zuiver Hollandse patronen van Friesche volkskunst speciaal dáár zijn ontstaan, maar onderzoek wees uit dat bepaalde patronen vroeger al uit het Duits werden vertaald. In een vitrine wordt dat aangetoond (met het Duitse oude tijdschrift als bewijs), en in een column op hun website kun je het nog nalezen. De deskundigen zijn het er nu over eens dat het Kunst- of Kantbreien universeel is terug te vinden en niet specifiek tot een bepaalde regio behoort. Dit heeft zich zo ontwikkeld omdat de techniek gewoon vóórtkomt uit het breien zelf.
De kleedjes die op vier of vijf dunne naalden met dun garen werden gebreid heb ik altijd prachtig gevonden (hier schreef ik er eerder over), en nu merk ik dat er ook bij anderen weer belangstelling is voor deze kunst. Ik merk dat o.a. doordat het moeilijk is om aan tweedehandsboeken hierover te komen, èn omdat ik er af en toe een vraag over krijg. Recent een vraag van iemand die vroeg of ze me een foto mocht sturen van een kleedje wat ze vroeger breide en wat ze nu graag nog eens wil breien. Of ik daar een patroon van heb. Het is een zeshoekig kleedje en helaas moet ik haar teleurstellen: het patroon daarvan staat niet in één van deze boeken. Dus de boeken zijn nu voor anderen beschikbaar, net als het oude Müsterblatter für Deutsche Spitzen-Strick-Kunst. Dan weten we ook gelijk hoe in Duitsland deze techniek wordt genoemd.