Er was altijd al een lange traditie om knuffelberen te maken. Dat kon genaaid van pluche of vilt, of ook gebreid en gehaakt.
Later kwamen er allerlei dieren bij, en kon van elk dier een knuffeldier worden gemaakt.
En toen kwam de grote invloed van de Japanse Amigurumi: een soort revolutie in de mogelijkheden om grote of kleine diertjes te haken en te breien. Ook in ons land sloeg dat enorm aan. Een aantal ontwerpsters gingen zich toeleggen om zelf knuffels te ontwerpen en publiceerden de mooiste boeken op dit gebied. De rage is nog niet over z’n hoogtepunt, en er komen nog steeds nieuwe boeken en ideeën bij. En er zijn ook nog steeds veel liefhebbers van kleine knuffeltjes die zich niet laten afschrikken door de vaak lange beschrijvingen an hoe zo’n knuffeltje moet worden gemaakt. Want je kunt niet lekker één toer helemaal hetzelfde breien en dan pas weer de instructie lezen. Bij de kleine knuffeltjes is soms elke steek anders dan de vorige. Maar met de duidelijke beschrijvingen is dat toch niet moeilijk, eerder zelfs wat verslavend. En dat komt dan ook door het mooie eindresultaat en de voldoening om zelf zo’n knuffie te haken of te breien.
Deze boeken plaats ik in m’n shop, voor volop amigurumi-plezier.