Zondagmorgen op een tropische dag. Vanaf Pieterburen rijden we op een landweggetje zover naar het noorden tot je niet meer verder kunt. Natuurlijk heeft het land een rand, dat weten we ons hele leven al. Maar om er te zìjn, is nog wel wat anders. Een belévenis, om hier te zijn. Weidsheid en Warmte.
We parkeren op een parkeerplaats (ook aan de rand van ons goed-georganiseerde land zijn parkeerplaatsen) en klimmen op de dijk. Nu zien we het uitgestrekte wad. Te ver lopen naar het water. Dat gaat niet meer lukken. Alleen maar even kijken.
Op de uitgestrekte en uitgedroogde strook witte waddengrond leg ik een quiltje neer.
Een kwartiertje maar, en dan moeten we ons weer losmaken van dit plekje. We zijn hier om naar het quiltfestival te gaan. Dit was een goed begin van de dag. Even een quiltje neerleggen op een plek die helemaal bij noord-Groningen hoort. Een soort zeester-quilt.